“Suriname-route uitweg uit EU-procedure visumvrij reizen”

 

‘De Suriname-route is de enige uitweg’, een anonieme advocaat, over hoe Den Haag wél kan handelen waar Brussel weigert

Hij wil niet met zijn naam. Niet omdat hij bang is voor politieke repercussies, zegt hij, maar omdat “het debat al genoeg verhitte koppen heeft”. De vreemdelingenrechtadvocaat  schuift zijn bril iets omhoog en zucht.

“Er is één zin,” zegt hij langzaam, “die ik inmiddels te vaak heb moeten uitleggen: Nederland heeft over de eerste 90 dagen helemáál niets te zeggen. Dat stuk is volledig Europees bezit.”

Wat volgt is een verhaal dat de politieke werkelijkheid van Den Haag en Brussel ontleedt als een sluipweg die in Den Haag al die tijd ongebruikt bleef: de Suriname-route.

De Europese muur

Het misverstand is wijdverbreid, zegt de advocaat. “Veel politici en burgers denken dat Nederland Surinamers met één pennenstreek weer visumvrij kan maken. Dat kon vroeger, onder Benelux-afspraken. Maar sinds 2018 is alles anders.”

Hij pakt een geannoteerd exemplaar uit zijn tas: EU-Verordening 2018/1806.

“Dit document,” tikt hij met een vinger op de kaft, “is waar het stopt. Hier staat welke landen visumvrij mogen reizen (Annex II) en welke visumplichtig zijn (Annex I). Suriname staat op Annex I. En dat betekent: Nederland mag niets, nul, noppes veranderen aan de visumplicht voor kort verblijf.”

Het klinkt hard, maar zo is de wet.

“Je kunt via Frans-Guyana komen, je kunt via Curaçao proberen binnen te vliegen — maakt allemaal niks uit. Kort verblijf, dus maximaal 90 dagen, is 100 procent EU-competentie. Lidstaten hebben hier net zoveel ruimte als een baksteen.”

En zelfs als Suriname visumvrij wíl worden, is het pad bijna mythisch lang. De advocaat somt het op, bijna ritmisch:

  • 1 jaar diplomatiek overleg,
  • 1 tot 4 jaar technische evaluaties,
  • 3 tot 6 jaar onderhandelingen,
  • daarna de ratificatie door Parlement en Raad.

“In totaal praten we over 5 tot 10 jaar. In het meest optimistische scenario misschien 3 tot 5 jaar, maar dat noem ik sciencefiction.”

Waarom zo langzaam? “Suriname staat qua geopolitieke prioriteit simpelweg laag op de Brusselse agenda. Dat is geen moreel oordeel, maar een feit.”

Achter die muur begint de speelruimte

En precies hier, zegt de advocaat, begint de verwarring in het debat.

“Men kijkt steeds naar Brussel, maar vergeet dat Nederland achter die 90-dagenlijn wél volledige autonomie heeft. Dáár zit de uitweg, dáár zit de Suriname-route.”

Wanneer iemand langer dan 90 dagen in Nederland wil verblijven, valt dat niet meer onder Europees recht maar onder de Vreemdelingenwet, het Vreemdelingenbesluit en de Vreemdelingencirculaire – puur nationale regels.

En dan verandert het spel compleet.

Nederland kan:

  • MVV-voorwaarden versoepelen,
  • inkomenseisen verlagen,
  • documentvereisten eenvoudiger maken,
  • IND-procedures versnellen,
  • diaspora-regelingen uitbreiden,
  • naturalisatie soepeler inrichten voor Surinaamse oud-Nederlanders,
  • en zelfs specifieke verblijfsroutes creëren voor Surinamers.

Dat alles volledig legaal. Sterker nog: “Andere EU-lidstaten kunnen politiek mopperen, maar juridisch kunnen ze niets doen. Dit is Nederlands terrein.”

De Suriname-route

Hoe ziet die route eruit? De advocaat vertelt het alsof hij de kaarten al jaren in zijn lade heeft liggen.

1. Een soepel MVV-kanaal

Voor werk, studie, gezinshereniging of langdurige familiebezoeken kan Nederland lichter toetsen dan bij andere landen.

2. Versnelde IND-procedures

“Je kunt Surinaamse aanvragen standaard prioriteit geven. Dat is beleid, geen magie.”

3. Diaspora-regeling 2.0

Vereenvoudigde bewijsvoering, soepelere herkrijging van Nederlanderschap voor oud-Nederlanders, snellere naturalisatie.

4. Ruimere documentacceptatie

Minder zware legalisatie van akten, diploma’s, familie-documenten.

5. Flexibel gezinsmigratiebeleid

Lagere inkomenseis, snellere beslistermijnen.

In zijn notitieboekje heeft hij keurig drie fasen staan:

  • Conceptregeling: 0–6 maanden
  • Aanpassing regelgeving: 6–12 maanden
  • IND-implementatie: 12–18 maanden

“Binnen anderhalf jaar is het uitvoerbaar,” zegt hij. “Maar dan moet Den Haag wel durven.”

Waarom het politiek gevoelig ligt

Wat juridisch eenvoudig is, wordt politiek explosief zodra het Suriname betreft.

De advocaat somt de gevoeligheden op:

  • precedentwerking voor andere landen,
  • kritiek op ‘vriendjespolitiek’,
  • angst dat mensen via lang-verblijfroutes de visumplicht proberen te omzeilen,
  • druk op huisvesting en integratie.

“Maar,” zegt hij, “Suriname heeft een uitzonderlijke positie. Dat is geen sentiment, dat is verdragsrecht.”

Hij verwijst naar de Toescheidingsovereenkomst (TSO) van 1975.

“De TSO regelde nationaliteitsrecht, geen visa. Maar het bevestigde wél dat Nederland en Suriname een unieke verhouding hebben. Die bijzondere band is precies wat je nodig hebt om een voorkeursroute voor lang verblijf te legitimeren.”

De TSO kan echter nooit worden gebruikt voor kort verblijf.

“Dat stuk is volledig geblokkeerd door de EU-verordening. Geen enkel historisch verdrag kan Annex I doorbreken.”

‘De Suriname-route is de enige uitweg uit de visumpatstelling’

De advocaat leunt achterover. “Het is eigenlijk simpel,” zegt hij. “Brussel heeft de deur voor toeristische en familiebezoeken stevig gesloten. Die deur gaat niet open zonder een procedure van vijf tot tien jaar.”

Hij pauzeert even.

“Maar achter die deur, dáár waar het over lang verblijf gaat, heeft Nederland volledige autonomie. En daar ligt de oplossing die niemand lijkt te willen benoemen: de Suriname-route.”

Zijn stem wordt zachter.

“Die route is de enige realistische, haalbare uitweg uit de impasse. En het is bestuurlijk haast misdadig dat het debat hierover nog steeds in Brussel wordt geparkeerd, terwijl Den Haag het gereedschap allang in handen heeft.”

Voor de advocaat gaat het om een morele plicht.

“Surinamers worden nu dubbel gestraft,” zegt hij. “Ze zijn visumplichtig omdat Brussel dat bepaalt, maar Nederland verschuilt zich al jaren achter datzelfde Brussel, terwijl Den Haag wél degelijk ruimte heeft om iets te doen.”

“De historische band verplicht Nederland niet tot open grenzen, maar wel tot méér inspanning dan een standaard EU-antwoord.”

De Suriname-route, zegt hij, biedt een humane, juridisch solide manier om die verantwoordelijkheid te nemen zonder de Europese regels te schenden.

Een laatste waarschuwing

Voordat hij zijn jas aantrekt, geeft hij één waarschuwing mee:

“De Suriname-route moet zorgvuldig worden ontworpen. Als ze te makkelijk wordt misbruikt als substituut voor kort verblijf, dan zal het systeem snel dichtgetimmerd worden. Je moet dus dichten wat misbruik mogelijk maakt, anders gaat het voordeel verloren voor de mensen die het nodig hebben.”

Hij kijkt op.

“Maar zonder Suriname-route? Dan blijft alles bij het oude. En dat betekent: nog tien jaar wachten totdat Brussel misschien, ooit, de deur voor toeristisch visumvrij reizen opent.”

Hij knikt, bijna terloops.

“Tot die tijd is de Suriname-route de enige sleutel die Nederland zelf in handen heeft. Maar iemand moet hem wel durven omdraaien.”

Foto Communicatie Dienst Suriname:

Koning Willem-Alexander en president Jennifer Geerlings-Simons, die volgens een vreemdelingenrechtadvocaat juist samen de deuren kunnen openen naar de Suriname-route.

Populaire posts van deze blog