Santokhi en Simons: onverwachte bondgenoten in dezelfde storm



Chan Santokhi en Jennifer Geerlings-Simons, jarenlang opponenten, twee leiders van twee totaal verschillende politieke werelden, staan vandaag oog in oog met dezelfde vijand. Niet de oppositie of de media, maar hun eigen mensen.
Ik benadruk vooraf: wie dit wil ontkennen, mag dat doen. Maar de beweging is zichtbaar, tastbaar en al gaande. Dit is geen speculatie of analyse. Het zijn feiten die voortkomen uit observaties, gesprekken, netwerken en mijn ervaringen binnen het politieke veld.

Achter de schermen woedt een machtsspel dat feller is dan wat het publiek ooit te zien krijgt. En het zijn niet de gewone kernleden die morren; het zijn hoofdbestuursleden, de formele machtsdragers, de mensen met echte invloed op de knoppen van beleid en besluitvorming, die zich tot machtsblokken vormen. Precies daar, in die gedeelde kwetsbaarheid, ontstaat een nieuwe spanning: lotgenoten kunnen bondgenoten worden, of concurrerende overlevers. Want hoewel hun paden altijd gescheiden liepen, zijn ze nu onverwacht verbonden door interne onrust, ondermijning en druk vanuit hun eigen hoogste rangen.
De toekomst laat open of ze dichter naar elkaar zullen groeien of elkaar juist keihard tegenover zich zullen vinden.

Het presidentschap
Vijf jaar lang droeg Santokhi het presidentschap als een pantser. Een titel, maar vooral een schild: wie hem als partijvoorzitter wilde raken, moest eerst door de man heen die het land bestuurde. En in politiek Suriname is dat geen geringe opgave, want presidenten verzamelen herinneringen en die herinneringen worden maar al te vaak omgezet in wraak.
Maar in 2025 gleed dat pantser naar een andere schouder: die van Simons. Zij werd president, niet als VHP’er, maar als staatshoofd dat óók partijvoorzitter van de NDP is. En dat verandert alles. Een voorzitter kun je openlijk bekritiseren; een president niet. Wie haar beschadigt, beschadigt zichzelf en misschien zijn politieke toekomst.

NDP
Bij de NDP klinkt op dit moment fluisteren harder dan schreeuwen. Binnen de NDP heerst geen chaos, maar een stille strijd. En opnieuw: het zijn vooral de hoofdbestuursleden die de lijnen uitzetten, niet de breedte van de partij. Schaduwspelers schuiven met posities alsof het schaakstukken zijn die alleen bij maanlicht mogen bewegen. Niemand wil Simons werkelijk weg, maar iedereen probeert haar net genoeg te kneden zodat zij buigt in hun richting.
Allianties worden in stilte gevormd, met handdrukken die niemand ziet. Simons zit stevig, zolang de groepen die aan haar stoelpoten trekken elkaar bezighouden. Maar zodra één machtsblok te groot wordt, begint het hout te kraken.

VHP
Bij de VHP ligt het anders. Daar is de stoel al hoorbaar aan het breken. Waar de NDP voorzichtig manoeuvreert, gaat het bij de VHP met hoorbare knallen. Sinds Santokhi het presidentschap verliet, blijkt de interne discipline niet meer dan opgedroogde lijm.
En crucialer nog: ook hier zijn het vooral de hoofdbestuursleden, niet de gewone kernleden, die openlijk nieuwe allianties vormen en opvolgers naar voren schuiven. Het zijn de formele machtsdragers van de partij die plannen smeden, kandidaten doorschuiven, schema’s opstellen.

Opvolgers worden besproken alsof het vacatures zijn. Namen circuleren. Bijeenkomsten vinden plaats waar Santokhi opvallend níét verschijnt. En er wordt gefluisterd, niet ontkend, over een nieuwe partij onder zijn leiding, alsof men de VHP al heeft opgegeven of hem een val wil laten instappen. De klok tikt sneller dan iemand wil toegeven.

Nederland
Vergelijkbaar met Suriname zijn er ook ontwikkelingen waar te nemen die een echo van dezelfde strijd zijn. Ook in Nederland schuiven de politieke pionnen. VHP- en NDP-kopstukken in de diaspora spelen hetzelfde spel: macht claimen, invloed beschermen, posities bevechten.
En opnieuw: het zijn de organisatieleiders, bestuursleden en officiële vertegenwoordigers, geen losse kernleden, die de strijd voeren. De Surinaamse politieke machine lijkt twee motoren te hebben: één in Paramaribo, één in Amsterdam.

Twee partijen, één probleem
Simons wordt gestuurd. Santokhi wordt gewogen. Bij de een is het strijdtoneel een fluistercampagne, bij de ander een sluimerende opstand. Maar de kern is identiek: de grootste vijanden van beide voorzitters zijn mensen die naast hen aan tafel zitten, de eigen hoofdbesturen die macht herverdelen en grenzen verleggen.

Wie valt er als eerste?
De voorzitter die langzaam wordt ingesnoerd door ambitieuze machtsblokken? Of de leider wiens partij openlijk zijn opvolgers selecteert?
In stilte hangt een vraag: als twee leiders dezelfde dreiging delen, worden ze dan uiteindelijk bondgenoten? Of juist rivalen in een steeds persoonlijker strijd?

Het politieke landschap van Suriname verschuift sneller dan partijen het kunnen bijhouden. Blokken bewegen, loyaliteiten vervagen, belangen wegen zwaarder dan regels. En ergens in die beweging lopen Santokhi en Simons, niet samen, maar wel opvallend parallel, door een veld waar de echte vijanden niet te zien zijn, alleen te voelen.
Wat de uitkomst ook wordt: de spannendste strijd van Suriname speelt zich niet in het parlement af, maar achter gesloten deuren.

Wie wint?
De stille gevechten binnen beide partijen bepalen hoe Suriname de komende jaren bestuurd zal worden of juist lamgeslagen raakt. De NDP probeert te hergroeperen zonder te scheuren. De VHP probeert bijeen te blijven terwijl de scheuren al zichtbaar zijn.
Maar één ding staat vast: de personen die deze uitkomst zullen bepalen zijn de hoofdbestuursleden, de formele architecten van macht, de echte stem in de partij, en niet de kernleden die slechts een fluisterzachte rol hebben in besluitvorming.
Achter dichte deuren wordt nu bepaald wie straks aan het roer staat. De VHP lijkt als eerste de climax te bereiken en waarschijnlijk het hardst.

Wie valt er eerst?
Twee partijen, twee leiders, één onderliggende vraag. De NDP is als een lavalamp: het borrelt, het beweegt, maar het ontploft niet. De VHP is op dit moment vergelijkbaar met dynamiet met een lont die al brandt. Santokhi’s stoel kraakt luid en zichtbaar. Simons’ stoel beweegt bijna geluidloos, maar wel degelijk.

De komende maanden bepalen niet alleen wie voorzitter blijft, maar welke partij intact uit deze ondergrondse oorlog komt. Eén ding lijkt zeker: de VHP zal als eerste barsten en waarschijnlijk het hardst, omdat juist daar het hoofdbestuur openlijk, zichtbaar en zonder schroom nieuwe machtsblokken vormt.
Men kan ontkennen dat er barsten ontstaan. Maar de feiten spreken voor zich, en de beweging die is ingezet, houdt niet vanzelf op.
Wie denkt dat Surinaamse politiek saai is, heeft duidelijk niet gekeken naar de schaduwen waarin de echte macht wordt verdeeld. De Surinaamse politiek speelt zich af in WhatsApp-groepen, in vergaderkamers met gesloten gordijnen, in gesprekken die nooit worden genotuleerd maar wel besluiten vormen.








Populaire posts van deze blog